En het jaar is nog niet begonnen of we hebben al onze eerste filmdrol te pakken. De remake van Texas Chainsaw 3D (2013) is niet meteen een toegevoegde waarde aan de TCM franchise. Het niveau ligt wel iets hoger dan The Return of the Texas Chainsaw Massacre (1994), maar het blijft een ondermaatse prestatie voor de regisseur .
Korte inhoud: Heather Miller (Alexandra Daddario), haar vriend Ryan (Trey Songz) en nog twee vrienden reizen naar Texas, waar Heather een erfenis moet ophalen omdat een familielid van haar is overleden. Eenmaal aangekomen ontdekt Heather dat bij deze erfenis ook een neef hoort. En deze neef luistert naar de naam ‘Leatherface’ (Dan Yeager)…
Het origineel, The Texas Chain Saw Massacre (1974) van Tobe Hooper, blijft veruit de beste uit de TCM-franchise. Zelfs de regisseur heeft zijn eigen film nooit kunnen overtreffen. Het was een horrorprent die op een ideaal moment werd uitgebracht. We zaten te midden van de exploitation films in een Amerikaans landschap die geconfronteerd werd met die mensonterende Vietnam-oorlog. Maar de film stak ook bijzonder knap in mekaar; de jonge casting, de grauwe fotografie met zijn efficiënte documentaire filmstijl, het schrikwekkende originele horrorscenario, de lugubere sets, de creepy geluidseffecten, de uitzinnige props en de uitgekiende montage. Tegenwoordig krijgen we heel wat “exploitation”-achtige horror te zien (cf. Saw, Hostel, The Human Centipede), maar deze films zijn veel minder schrikwekkend dan de originele TCM.
Texas Chainsaw 3D mag dan nog wel een box-office succes zijn in de States en afgelopen weekend de veel betere Django Unchained (2012) en The Hobbit: An Unexpected Journey (2012) hebben verslaan, het is en blijft een slechte film. Maar Leatherface spreekt tot onze verbeelding. Leatherface is de hedendaagse versie van Frankenstein, en het is dan ook niet verwonderlijk dat de film begint daar waar de eerste film eindigde, met een lokale lynch bende die naar het huis van het monster trekt. Op een Ruby Ridge / Red State (2011)-achtige manier komt het tot een vuurgevecht waarbij de gehele familie wordt vermoord met uitzondering van Leatherface en een baby.
Die baby wordt opgevangen door de rednecks die haar familie hebben uitgemoord, en nu 20 jaar later krijgt zij een erfenis van een grootmoeder waarbij ze eigenaar wordt van het gigantische pand. Ze trekt er dan uiteraard naar toe met haar vrienden. Er is ook een belangrijke brief die ze moet lezen, maar dat doet ze niet. Gelukkig of spijtig (het is maar hoe je het bekijkt), want dan was de film vroegtijdig afgelopen. In die brief staat dat in de kelder de gekke 2 meter grote kannibaal huist, die gedurende al die jaren waarschijnlijk in leven werd gehouden door die mysterieuze grootmoeder. En wanneer Leatherface uiteindelijk uit zijn kelder wordt vrijgelaten kan de bodycount beginnen.
© Remain In Light
Als de makers zich baseren op de 1974 film, mag je dus aannemen dat deze Texas Chainsaw 3D zich afspeelt in 1994. En ik kan best aannemen dat de jongeren in die tijd nog geen mobiele telefoon hadden gekocht. En gezien de kledij ook al verwijst naar die periode zijn er nog maar weinig twijfels. Maar dan schakelt de film blijkbaar over naar een andere periode waarin we een sheriff zien die FaceTime gebruikt op zijn I-Phone. WTF?! We hebben zonet nog eens 18 jaar aan de klok toegevoegd in de hoop het niet zou opvallen. Het is duidelijk dat de makers een doelpubliek van simpele zielen tussen 16-20 jaar voor ogen hadden.
De eerste helft van de film is slaapverwekkend, waar we een groep van vervelende jongeren moeten volgen die hun tijd verdoen met het roken van weed, pool spelen en naar hip hop muziek luisteren, alvorens ze op een weinig creatieve manier aan hun einde komen. We couldn’t care less. In het begin van de tweede helft van de film leek het erop dat er misschien ergens een verhaal de kop opstak, met het meisje die nu een keuze had tussen haar gekke moordende familielid of de gekke moordende massa die haar familie heeft afgemaakt en nu een burgerlijk leven leiden. Maar scenaristen Adam Marcus, Debra Sullivan en Kirsten Elms (ja, ze waren met z’n drieën, go figure) hebben geen interesse om die verhaallijn uit te werken en nemen vrede met stereotype achtervolgscènes en expositie van zaken die we als kijker al lang weten. Het begin van de film vertelt ons alles wat in act 3 zal gebeuren. Zoiets heten ze op de filmschool: fucked-up.
© Remain In Light
Texas Chainsaw 3D is een hutsepot van 90’ties slasher films, die aanvoelt alsof één filmploeg instond voor de eerste 45 minuten met meer klassieke effecten en de andere filmploeg de tweede helft voor haar rekening nam (nadat de eerste ploeg vermoedelijk was ontslagen voor incompetentie) en alles een meer belabberde Sci-Fi CGI-karakter gaf. Of het nu één of twee ploegen waren, één zaak staat buiten kijf; beide delen moeten niet onderdoen voor mekaar in hun stuitend gebrek aan originaliteit en intelligentie.
En aan het hoofd van deze klucht staat regisseur John Luessenhop, die met zijn opmerkelijke box-office recette nu waarschijnlijk kans maakt om ook Texas Chainsaw 2 in te blikken. Dat is nu eenmaal de economische logica die alle andere logische redenen om deze sequel niet te maken van de tafel veegt. En alles ruikt hier trouwens naar economie. Ik heb er niets op tegen dat films geld opbrengen, maar een film maken gewoon omdat je de rechten op zak hebt en aankijkt op een mogelijke vervaldatum, is gewoon fout. Er zit hier geen greintje van vernuft of originaliteit in deze prent. Je kan er zelfs niet mee lachen met hoe slecht alles wel is. Het is platvloerse troep die zelfs het doelpubliek van simpele zielen niet verdienen. Oh ja, en alvorens ik het vergeet, 3D sucks en films met het woordje ‘3D’ in hun titel moet je mijden als de pest.
Beoordeling: 1 / 5
Recensie door Dave op 10 januari 2013
***Related Post***
14/09/2012: Texas Chainsaw 3D trailer
[REC ] en [REC]² dat zijn goeie horrorfilms, gemaakt met relatief weinig middelen en je krijgt er het nat zweet van. Hier had ik van bij het begin niet veel van verwacht.
Mijn enige motivatie om deze film alsnog te gaan zien is ‘Alexandra Daddario’.