It’s What’s Inside (2024) **** recensie

Er is een nieuwe film op Netflix en wat mij betreft een verborgen pareltje. Greg Jardin’s It’s What’s Inside (2024) is, in essentie, een reflectie op de moderne obsessie met identiteit—en de gefragmenteerde persoonlijkheden die we zowel online als offline met ons meedragen. Maar wat Jardin’s regiedebuut boven de gemiddelde bodyswitch-thriller laat onderscheiden, is de waanzinnig leuke en razendsnelle esthetiek die hij heeft samengesteld. Een mix van energie, felgekleurde visuals en een verrassend verhalend concept, proeft It’s What’s Inside zowel van het surrealistische als van het absurde. En geloof me, dat is precies wat het zo leuk maakt. Komt daar nog bij dat de film werd gemaakt met het budget van een Belgische langspeelfilm (2,5 miljoen dollar).

© Netflix

Korte inhoud: Een groep vrienden komt bijeen voor een feest ter voorbereiding op een bruiloft. Het feest verandert echter in een existentiële nachtmerrie wanneer een vervreemde vriend opduikt met een mysterieus spel dat lang verborgen geheimen, verlangens en wrok aanwakkert.

Laten we eerlijk zijn, It’s What’s Inside is niet uit op een diep filosofische boodschap of een psycho-analyse, hoewel het flirt met thema’s zoals identiteit, jaloezie en menselijke verlangens. Nee, deze film is bovenal een waanzinnig wilde en prikkelende rollercoaster dat je op het puntje van je stoel houdt, terwijl het door twists en bochten raast alsof het aangedreven wordt door een mix van Red Bull en pure, chaotische creativiteit. En we hebben de laatste weken al veel creativiteit zien ontsporen, deze film gaat niet uit de bocht. Als je klaar bent voor een hallucinatoire rollercoaster waar de dingen volledig uit de hand lopen—en ik bedoel dat in de best mogelijke zin—dan kan ik niet anders dan deze film aan te raden. Dit zijn het soort filmdebuuts waar ik verzot op ben.

Het uitgangspunt lijkt op het eerste gezicht eenvoudig genoeg, en dat is precies wat het zo briljant maakt wanneer alles onvermijdelijk in chaos verandert. We beginnen met Shelby (gespeeld door Brittany O’Grady, bekend van “The White Lotus”), een vrouw die worstelt met haar eigen identiteit en zelfwaarde, grotendeels omdat haar vriend Cyrus (James Morosini) veel meer geïnteresseerd lijkt in de vroegere schoolvriendin en Instagram-bekende Nikki (Alycia Debnam-Carey). Het is een liefdesdriehoek, ja, maar dit is er eentje met pruiken, lingerie en een mislukte verleiding die zowel ongemakkelijk als verrassend grappig is. Shelby verliest niet alleen de aandacht van Cyrus, ze verliest zichzelf in een put van sociale-media-afgunst, terwijl ze met een mix van walging en jaloezie door Nikki’s perfect gecureerde online leven scrolt. Wat Jardin’s film onderscheidt van de typische liefdesdriehoeksverhalen is de manier waarop hij het toneel opzet: snelle montage, split-screens en een uitgesproken flair die speelt met toon, tempo en perspectief. Critici mogen dan zeggen dat Jardin’s camera “van de hak op de tak springt”, maar hier is het ding: het werkt. In een wereld waarin constant geschakeld wordt tussen digitale persona’s en gefragmenteerde identiteiten, waarom zou de camera niet dergelijke schizofrene trekjes vertonen?

Maar dan barst de echte chaos los in een pre-bruiloftsfeestje in het herenhuis van hun vriend Reuben (Devon Terrell), waar de rest van de oude schoolvrienden zich verzamelt, waaronder Dennis (Gavin Leatherwood), de douchebag-poser met tattoo’s; Maya (Nina Bloomgarden), de typische hippie-stoner; en Brooke (Reina Hardesty), een artieste die er gewoon een beetje bijhangt. Oh, en dan is er nog Forbes (David Thompson), de zonderlinge techneut die jaren geleden van school werd gestuurd voor een reden die niemand zich meer echt kan herinneren. Forbes verschijnt met een mysterieuze koffer. Blijkt dat de koffer een bodyswitch-apparaat bevat. Wat begint als een speelse avond vol lichaamswisselingen en raadspelletjes, verandert al snel in een volledige catastrofe wanneer geheime verlangens en verborgen agenda’s aan de oppervlakte komen.

It’s What’s Inside is niet geïnteresseerd in lange, dialoogzware scènes die zorgvuldig de psyche van de personages uitpluizen. In plaats daarvan is het pure filmische adrenaline; een zintuiglijke overload van geluid, licht en kleur die je bedoeld desoriënteert, engageert en een beetje duizelig maakt. Jardin, als een kind in een snoepwinkel, gooit elke mogelijke visuele truc op het scherm: snelle cuts, split-screens, slow-motion en felle kleuren waar Dario Argento trots op zou zijn. Het is een stijl die je nu en dan wel eens aantreft bij debuutfilms van filmgeeks en voor de ene zal het werken daar het voor de andere misschien een uitputtende ervaring wordt. Maar waarom zou je willen vertragen als de “rollercoaster” zó leuk is?



© Netflix

De esthetische weerspiegelt de chaos eigenlijk de interne chaos van de personages, dit zijn mensen die niet alleen van lichaam wisselen, maar ook het contact met zichzelf verliezen. De hyperactieve snelheid van de film is volkomen logisch in een verhaal dat gaat over gefragmenteerde identiteiten en vervaagde lijnen tussen realiteit en fantasie. Ja, Jardin’s camera houdt iets te veel van zichzelf op bepaalde momenten, maar wanneer het resultaat zo visueel indrukwekkend is, maakt het ons dan echt uit? Deze van neon-verlichte bodyswitch-chaos met zijn stuwende, eclectische soundtrack heeft mij in ieder geval kunnen overtuigen. Een revelatie voor mij was David W. Thompson, de “poppenspeler” die aan de touwtjes trekt. Ja, zijn motivaties zijn misschien wat vaag, maar wie geeft erom als hij zo’n leuk, onvoorspelbaar karakter is? Het is een genot om hem te zien manipuleren, niet voor een grootse openbaring, maar voor pure chaos.

Je zou de film kunnen omschrijven als een analyse van Gen Z of de gevaren van sociale media. Raakt de film aan de gevaren van online persona’s en de manier waarop die ons zelfbeeld vervormen? Absoluut. Maar het is bedoelt geen scherpe kritiek. In plaats daarvan neemt Jardin deze ideeën en spint ze tot een twisty psychodrama dat meer te danken heeft aan de genre-buigende thrillers van Brian De Palma dan aan een bijtende sociale satire. Het is rommelig, chaotisch en heerlijk onvoorspelbaar; een weerspiegeling van de digitale wereld waar het commentaar op geeft. Ja, er zijn gigantische knipperende “TRAUMA”-borden en een paar niet zo subtiele steken onder water naar generatie-angsten, maar Jardin voorkomt verstandig dat hij verstrikt raakt in een belerende boodschap. De meest serieuze zorg in de film is de romantische dynamiek tussen Shelby en Cyrus, en zelfs dat wordt met een flitsende bravoure behandeld die de toon luchtig genoeg houdt om te voorkomen dat de film in prekerigheid vervalt.

Kortom, It’s What’s Inside zal misschien niet ieders kopje thee zijn en het gebrek aan karakterontwikkeling en “overgestileerde” visuals kunnen tegenvalen, maar voor degenen onder ons die kwamen voor de neon-doordrenkte chaos en de wilde bodyswitch-capriolen, levert de film meer dan voldoende. Het is snel, leuk en compleet gestoord op al de juiste manieren, met een visuele flair die het doet opvallen in een zee van generieke thrillers. Jardin heeft misschien geen perfecte film afgeleverd, maar perfectie was nooit het doel. Wat hij in plaats daarvan heeft gemaakt, is een waanzinnig vermakelijke achtbaan van identiteitscrisissen, donkere verlangens en bodyswitch-gekheid die je duizelig achterlaat en, nog belangrijker, met een glimlach op je gezicht. De film loopt sinds op Netflix.


Review It’s What’s Inside (2024)
Recensie door op

Beoordeling: 4 / 5

rating

*** It’s What’s Inside trailer ***



1 Comment

  1. Bjorn

    Ziet er heerlijk gestoord uit.

    Reply

Leave a Comment

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *