De Coen Brothers voelen zich ongetwijfeld in hun sas. Met de regelmaat van de klok leveren zij een afgewerkt product af voor de hongerige cinefielen. Hun meest recente werkstuk A Serious Man (2009) doet meteen een serieus beroep op de geestesgesteldheid van de kijker.
In de voorafgaande scene (er moet daar wel een of andere cinefiele term voor zijn, maar ik ken die niet) zitten we ergens in een Russisch-Joods aandoend tijdperk van enkele eeuwen terug met een dialoog en verhaal dat het midden houdt tussen een verwerpelijk idiote misplaatste Scary movie-achtige plot en iets wat ik niet nader kan definiëren. Het enige wat ik dacht is, verdikke ik zit hier weeral in de verkeerde zaal. Ook mijn date van het moment keek eens sluiks opzij om mijn reactie te peilen. Maar aangezien ik niet reageerde, veronderstelde ze dat we juist zaten, also sprach sie achteraf. Toen uiteindelijk de voortiteling begon en A Serious Man in grote letters op de muziek van Jefferson Airplane werd aangekondigd, zakte ik met een lange zucht als een leeglopende ballon ietwat dieper in mijn zetel.
Korte inhoud: Het leven van de joodse professor Larry Gopnik (Michael Stuhlbarg) valt in 1967 uit elkaar, omdat z’n vrouw van hem wil scheiden. Bovendien zit hij ook opgescheept met zijn sociaal gehandicapte broer, die weigert om het huis te verlaten. En als dat nog niet genoeg is, is hij het beu dat z’n kinderen zoveel geld uitgeven en zijn beeldschone buurvrouw steeds naakt ligt te zonnebaden.
Evenmin definieerbaar is de hele plot. Een tragi-komedie zou ik kunnen zeggen. Een licht existentieel drama klinkt alvast arty-fartier. Lawrence Gopnik, Larry voor de vrienden, al heeft ie er geen, leuk vertolkt door Michael Stuhlbarg, is een professor wiskunde en fysica, woont met zijn gezin in een typisch Amerikaanse residentiële wijk, waarvan de grenzen van de tuin niet altijd even duidelijk zijn. Neem bijvoorbeeld de buurman die systematisch een deel van het gras afscheert van Larry’s tuin. Of zijn dochter die nooit in de badkamer mag omdat Uncle Arthur, een nietsnut van jewelste met een vreemde passie de een of andere cyste moet draineren, of de zoon die zijn voorbereidingen op zijn bar mitswa niet al te serieus neemt. Als klap op de vuurpijl wil zijn vrouw scheiden omdat ze een dikke boon heeft voor iemand waarover de rest van de cast zich verontwaardigd verbaast. En er is die maffe Zuid-Koreaanse student die maar al te graag wil dat zijn buis wordt omgezet in goede cijfers. Kortom, de loser van dienst heeft het niet onder de markt.
De stijl van de Coen Brothers is zaligmakend. Of vervelend. De film gaat immers nergens naar toe. Des te meer besef je net als Larry dat zijn routineus leventje waarin hij dacht alles onder controle te hebben, niet is wat het leek te zijn. Eenmaal de problemen zich opstapelen krijgt hij zelfs geen houvast meer.
Hij zoekt verklaringen maar met loze woorden en intimiderende monologen van zijn gesprekspartners wordt hij constant de mond gesnoerd. Ook de kijker snapt het punt niet van wat al die mannen vertellen.En de paar mensen die hem ietwat kunnen helpen, vallen om de een of andere reden weg.De dialogen zitten vol Joods jargon waar zowel de kijker als de acteurs weinig van begrijpen —“a Gett?!”. Symbolisch voor het personage van Larry en voor de film.
“A Serious Man” is gelukkig geen serieuze kluif, is op zijn minst speciaal te noemen, maar liefhebbers van weer eens iets anders zullen hier zeker wel wat aan hebben.
Beoordeling: 3 / 5
Recensie door Jeroen op 23 februari 2010
Konme moeilijk laten meevoeren door deze film. Ik zag de humor er ook niet van in. Ik vond het nogal langdradig.
Ik had er eigenlijk wel wat meer van verwacht en vond deze film maar saai. Toch één van de mindere Coen films.
Ik was niet heel erg in mijn sas met deze Coen Brothers-film. De vorige paste beter bij mijn gevoel voor humor. Overigens kun je de term beginsequentie gebruiken ipv voorafgaande scene. Of proloog. 🙂
De ouderwets Amerikaans sfeer in de film past perfect bij het verhaaltje, maar het voelt toch vaal ouderwets aan. De film roept ook heel veel vragen op waarom je eigenlijk geen antwoord krijgt – zoals het verhaal van de tandarts.
Al bij al geen slechte film, maar mocht veel beter.
@ murray: dat verhaal van die tandarts is het onderwerp van de film. Elke scene zit er vol mee. Dat maakt deze film zo briljant. Je wil graag weten hoe en wat (net als meneertje hoofdpersoon), maar zoals de tweede Rabbi al zei, who cares? Je moet gewoon doorleven. Door dit gegeven zit je als kijker eigenlijk min of meer in hetzelfde schuitje als de hoofdpersoon.
Voor mij is dit kandidaat film van het jaar. Absurde personages in een bijzonder slimme film. De humor ligt niet voor het oprapen in de film maar zit em in de details. Zelden heb ik zo genoten van een film.
Het lijkt mij een interessante film, al was het maar omdat de trailer me verbaasder achterlaat dan wanneer ik hem niet had gekeken. In een zekere zin is ook hier weer het onderwerp de zoektocht naar de zin van het leven (als in Brother where art thou). Ik wil hem wel gaan kijken.