Site icon De FilmBlog

Casino Royale (2006) ****½ Blu-ray review

Casino Royale (2006) lijkt wel de eerste Bond-film te zijn in een compleet nieuwe franchise. Het personage proeft nog steeds martini, is licence to kill, en draagt nog wel een tux, maar voor de rest is het Bond-huisje met de grond gelijk gemaakt en heropgebouwd in een volledig nieuw en hedendaags design. Met GoldenEye (1995) hadden we al de indruk dat Martin Campbell de kaarten eens goed door elkaar wou schudden. Wel, in Casino Royale heeft hij de speelkaarten eens op een efficiënte manier geschud en het resultaat is verbluffend. Deze Bond-film heeft niet alleen de franchise nieuw leven ingeblazen, maar is tevens een spannende en aangrijpende spionagefilm waar je op het puntje van je stoel zit en meeleeft als nooit tevoren met deze mythische figuur.

casino_royale_2006_blu-ray.jpg

De keuze van Daniel Craig is uiteraard de meest ingrijpende verandering. Pierce Brosnan kon je nog gemakkelijk vergelijken met Sean Connery, George Lazenby, Roger Moore, of Timothy Dalton. Daniel is breder, heeft een ingetogen agressie, ziet er veel gevaarlijker uit, heeft blond kort haar met ijzige blauwe ogen, is sexier, slimmer, sluwer en deelt evenveel klappen uit als dat hij klappen mag ontvangen. De nieuwe Bond schudt ook niet zoveel slimme on-liners uit zijn mouw na een dramatisch hoogtepunt. Deze Bond heeft geen tijd om grapjes te maken. De nieuwe Bond kan je eigenlijk ook moeilijk gaan vergelijken met de andere Bond-acteurs, omdat Craig het 007-personage 3-dimensionaal heeft gemaakt. Een soort anti-held die zichzelf aan het zoeken is. Een groeiproces die ook de producers hebben meegemaakt in hun zoektocht op 007 meer relevantie te geven. Ik zeg dus niet dat Daniel beter is dan Pierce Brosnan. Daniel Craig is gewoon anders en als je hem dan toch moet gaan vergelijken met één van zijn voorgangers, heeft hij toch iets mee van Sean Connery.

We beginnen dus bij het prille begin. James Bond wordt aangeworven bij MI6 en krijgt een eerste missie, en voor zover we weten is niets van de vorige 20 Bond episodes ooit gebeurd. Enkel Judi Dench zien we opnieuw op het toneel verschijnen als de autoritaire en wijze M. De 007-formule wordt niet meer uitgezogen of uitvergroot tot in belachelijke proporties, maar we krijgen een realistische en harde prent te zien over James Bond die zich voor de eerste keer waagt op het terrein van de internationale georganiseerde misdaad. Naast de harde actie zien we ook de spionagefactor aan bod komen en zitten we heel dicht bij het oorspronkelijke werk van Ian Fleming. Casino Royal is trouwens het laatste werk van Fleming die nog geen officiële Bond-verfilming heeft gekend, maar daar kom ik later nog op terug.

Er zijn geen overbodige gadgets. Geen grappige oude Q. Geen “My name is Bond, James Bond” of Bond-thema’tje (of toch helemaal op het einde als wijze van knipoog naar de aankomende Bond-films), geen Monneypenny, voornamelijk low-key actie-scenes, geen onmogelijke stunts, veel kwetsuren en blauwe plekken: deze keer is het menens en brutaal echt. Na het zien van deze film ben ik echt benieuwd in welke richting de franchise verder zal gaan. Ik hoop dat ze het down-to-earth blijven houden.

De film begint met korrelige zwart/beelden waarin we James Bond zien die 2 criminelen moet ombrengen om zijn 00-status te verwerven. Het eerste gevecht ontrolt zich in de toiletten van een gebouw. Bond neemt het op tegen een zwaargebouwde latino-schurk. Het gevecht duurt minutenlang en dit was meteen iets wat we niet gewoon waren te zien. We zitten hiermee volledig in de Alfred Hitchcock logica die ons ooit heeft geleerd dat iemand vermoorden een moeilijke en gevaarlijke onderneming is. Ik kan me moeilijk een figuur zoals Roger Moore voor de geest halen die een dergelijk gevecht zou overleven.

Korte inhoud: Nadat Bond zijn twee kills op zijn naam heeft staan kan hij toetreden tot de elite, en krijgt hij het nummer 007 toegewezen, hoewel M nog steeds twijfelt. Zijn eerste opdracht leidt hem tot bij Le Chiffre (Mads Mikkelsen), een bankier die wereldwijd gevreesde terroristen financiert. Om hem tegen te houden en het terroristisch netwerk uit te schakelen, moet Bond in Casino Royale Le Chiffre verslaan in een pokerspel met een heel hoge inzet. Eerst is Bond allesbehalve enthousiast als een bloedmooie medewerkster van het Britse ministerie van Financiën, Vesper Lynd (Eva Green), aangesteld wordt om zijn inzet voor het pokerspel af te leveren en over het geld van de overheid te waken. Maar terwijl Bond en Vesper een serie aanvallen van Le Chiffre en zijn handlangers overleven, groeit er een wederzijdse aantrekking tussen hen die het paar in nog gevaarlijkere situaties zal storten en Bonds leven voor altijd zal veranderen.




© Eon Productions

James Bond is een man van vlees, bloed en vooral ook gevoelens, en dat is iets wat we niet meer hadden gezien sinds On Her Majesty’s Secret Service (1969) waarin Bond er zijn liefde verklaarde voor Tracy Draco. De liefde die hij voelt voor Vesper is echt en wordt ondersteund door een aantal scènes te beginnen bij een a-typische douche-scène waarin hij Vesper ondersteund terwijl ze een traumatische ervaring probeert te verwerken. Er is geen betere manier om een karakter ‘menselijk’ te maken dan door hem verliefd te laten worden. En juist dit maakt deze Bond-film heel bijzonder.

Mijn grootste probleem met deze Bondfilm is dat het volgens mij allemaal iets te lang duurt. Casino Royale is duidelijk onderverdeeld in 3 actes. De eerste act is het meest klassieke Bond-gedeelte, waarin de super-agent probeert uit te zoeken wie het brein is achter de organisatie, het tweede gedeelte is de poker-game die doorspekt wordt door kleine hevige confrontaties en eindigt in een ongewone derde act – die weinig tot niets te maken hebben met de vorige twee delen – maar die heel veel consequenties zal hebben voor het personage van Bond. De film duurt 2u24 minuten en alles kon volgens mij veel intenser worden indien het 15 minuten korter was geweest. Vooral de derde act sleept gewoon veel te lang aan en valt zelfs een beetje in herhaling. Ook de pokergame mocht trouwens iets korter. Waarom deze Fleming zo lang op zich liet wachten heeft misschien ook te maken met het feit dat het plot in het boek bijzonder moeilijk te verfilmen was. Er was quasi geen actie en geen echt einde. Hoe dan ook heeft regisseur Martin Campbell een puike prestatie geleverd.




© Eon Productions

Maar met een veelzijdig en complete acteur als Daniel Craig neem je die extra 15 minuten er met plezier bij. Hij speelt niet enkel een heel menselijke Bond, maar straalt ook heel veel charisma uit. Zijn vertolking wordt nooit fake. Zoals gezegd zit er bitter weinig “goedkope” humor in de film, maar wanneer deze aanwezig is en geleverd wordt door Craig, is die des te treffender. Het is alsof bij het zien van deze film dat je je afvraagt waar deze Bond al die tijd is gebleven. Het zou verdiend zijn moest deze acteur de eerste Bond zijn die een oscarnominatie in de wacht kan slepen.

Ik snap ook niet waarom Judi Dench eigenlijk niet werd vervangen. Dench speelt haar personage van M voortreffelijk en is/was zeker een aanwinst voor de franchise, maar gezien deze Bond film een soort “reboot” was vroeg ik mij af waarom ze dit personage niet hebben vervangen. Eva Green vind ik een fantastische actrice en is zo overtuigend in haar rol dat we gemakkelijk kunnen zien waarom Bond verliefd wordt op haar. Het is trouwens één van de weinige Franse actrices die foutloos een Engels accent kan neerzetten. Vergelijk dat maar eens met Audrey Tautou in The Da Vinci Code (2006). Eva, die uit de kleren ging voor Bertolucci’s The Dreamers (2003), is al even veelzijdig als haar mannelijke partner en het is een verademing om dergelijk talent op het scherm te zien. Ook de Deense acteur Mads Mikkelsen zet een voortreffelijke villain neer. Tot mijn grote spijt komt hij iets te snel om het leven en op een manier die het personage niet waardig is. Maar dat was uiteindelijk het dilemma van deze film om al dan niet het boek na te leven of te herwerken en daarmee misschien de eer van Ian Fleming schaden. Volgens mij hadden ze het hart van Fleming zijn boek kunnen behouden, maar toch een aantal cruciale scènes kunnen bewerken. Daarnaast zien we ook nog Giancarlo Giannini in de rol van de Britse agent van Montenegro, Mathis, de sexy Italiaanse Caterina Murino in de rol van Solange en Jeffrey Wright als CIA-agent Felix Leiter.




Vesper Lynd © Eon Productions

Het is toch opmerkelijk dat deze vernieuwing mogelijk was met een oude ploeg: Martin Campbell die eerder GoldenEye regisseerde samen met zijn DoP Phil Meheux, producers Michael G. Wilson (die er is sinds Moonraker) en Barbara Broccoli (die er is sinds The Living Daylights), scenaristen Neal Purvis en Robert Wade (beiden werkten eerder voor (The World Is Not Enough en Die Another Day), en uiteindelijk componist David Arnold die er ook al een tijdje bij is en die met deze score heel dicht bij het werk van John Barry aanleunt. Enkel het Bond-nummer van Audioslave zanger Chris Cornell is nieuw.

Ik ben dus opgelucht met deze “heruitvinding” van het James Bond personage, want het zag er niet goed uit na die 3 laatste Bond-films. Alles ‘begint’ in het post-9/11 tijdperk en laat al die koude oorlog elementen voor wat ze zijn. 007 is net zoals Jason Bourne en Ethan Hunt, een relevante actieheld geworden en misschien wel de meest interessante. Het doelpubliek van deze Bond is opnieuw gericht naar volwassenen en dat is sinds Sean Connery niet meer het geval geweest. De actie is ruw, maar niet omni-present aanwezig en voornamelijk ingeruild voor karakterontwikkeling. Naast een paar kleine plot-wendingen die ik niet zo gelukkig vond, is deze Casino Royal een voortreffelijke film en als fan van de 007 films ben ik heel tevreden met de weg die ze hebben ingeslaan. “I understand double-0s have a very short life expectancy”, zegt Bond tegen M. Ik hoop dat we met deze 007 toch nog een tijdje verder kunnen. Wat mij betreft mag Quantum of Solace (2008) er snel komen.


Beoordeling: 4.5 / 5

Recensie door op 23 november 2006

 


*** Casino Royale trailer ***

Exit mobile version