Het is ons eindelijk gelukt om The Wolf Hour (2019) te zien en ook al is de film heel onevenwichtig, krijgen we hier toch een sterke rol van Naomi Watts en de 4,8 score op Imdb is niet terecht. In de handen van een andere regisseur en met wat verbeteringen aan het script had dit misschien wel dé film kunnen zijn waarmee Watts uit de schaduw kon treden. Ik heb er hoe dan ook van genoten.
Korte inhoud: In de jaren 60 was June (Naomi Watts) een bekende activiste binnen de tegencultuur. Een decennium later slijt ze haar eenzame dagen in haar appartement in de Bronx waar ze zichzelf helemaal afsluit van de buitenwereld. Wanneer ze uit haar raam kijkt, ziet June hoe geweld steeds meer de overhand neemt en er een gespannen sfeer heerst in de stad. Hoe lang ze daar verscholen zit is niet duidelijk maar de vliegen bij de vuilniszakken laten vermoeden dat het al een hele tijd is. Haar enige contact is haar vriendin Margot (Jennifer Ehle) en een delivery-jongen Freddie (Kelvin Harrison Jr.). June zelf wordt ook onrustig, wanneer ze lastiggevallen wordt door een onbekende. De stad staat op scherp, een snelkookpan die op het punt staat te exploderen in de brandende New Yorkse rellen in 1977.
De regie van de film was in handen van Alistair Banks Griffin die hier zijn tweede film maakt. Zijn eerste film was ook al geen hoogvlieger, maar zijn verdienste is wel dat hij het talent kan aantrekken voor zijn zijn project. Naomi Watts was tevens executieve producente, en dus was het wel van belang voor haar. Hollywood acteurs houden er trouwens van om hun glamour-looks even thuis te laten en volledig te gaan voor een grauwe karakterrol (cf. Charlize Theron, Nicole Kidman, Christian Bale, …). In deze film zien we een vrouw opgesloten in het appartement van haar overleden grootmoeder in de Bronx, op een dieet van sigaretten en drank. We bevinden ons in ’the summer of Sam’ periode waarbij een seriemoordenaar paniek zaait in de stad. Het resultaat is een claustrofobische psychologische thriller die het vooral moet hebben van zijn intense vertolking dan van het narratieve karakter.
De film voelt bij momenten aan als een toneelstuk en de dreiging werkt maar half. Iedereen zit uiteraard te wachten op het moment waarop ze haar angsten onder ogen ziet en naar buiten treedt, en het is een lange rit. Met een minder goede actrice had ik deze film waarschijnlijk niet tot op het einde uitgekeken. En ook al zien we niet veel van de stad, voelen we wel de hitte van de zomer van ’77 met zijn stroompannes. Maar het blijft achtergrondruis dat nooit echt ontvlamt. De regisseur leek meer interesse te hebben in de existentiële dreiging, het sluipende gevaar achter de intercom met daarin een schrijfster die misschien van haar podium is gevallen in afwachting op haar tweede boek. Het verhaal gaat kabbelend verder met een flik die in ruil voor seksuele gunsten wel eens een kijkje kan nemen in datgene wat haar verontrust, iets wat ze uiteraard helemaal niet ziet zitten. Voor de rest is er eigenlijk niet zo zit veel plot te bespeuren en heeft het me verbaast dat ze het nog 99 minuten konden rekken.
Op papier kan ik begrijpen dat het voor een acteur een uitdaging lijkt om hier iets van te maken, want de camera is op jou gericht voor bijna de volle duur van de film, maar het script zelf lijdt aan bloedarmoede. Als kijker is het ook moeilijk om enige voeling te hebben met dit neurotisch personage. De fotografie van Khalid Mohtaseb heeft zijn best gedaan om alles zo korrelig en vuil mogelijk te houden, en dat werkte wel op mijn gemoed. Ik vond het geen onaardige B-film, maar er zat veel meer in. In een huit clos conceptfilm moet je echter voldoende materiaal aanreiken om alles interessant te houden – ofwel met dialogen (Burried) ofwel met plotwendingen (Phone Booth) – en dat was hier niet het geval.
Recensie door Dave op 19 november 2019