Site icon De FilmBlog

In the Name of the Father (1993) **** Blu-ray review

Het meest pakkende aan In the Name of the Father (1993) van Jim Sheridan is niet zozeer dat onschuldige jongeren en familieleden werden beschuldigd van IRA-terrorisme en in het gevang gezet, maar wel de sterker wordende band tussen een zoon en een vader wanneer de ellende en het lijden toeneemt. Het is een schrijnend portret die aantoont dat de liefde tussen een vader en een zoon sterker wordt ten gevolge van gezamenlijk lijden. Het is een relatie die heel tastbaar wordt, te danken aan de sterke vertolkingen van de hoofdpersonages. Deze film maakt nu zijn debuut op Blu-ray op 24 april 2013, spijtig genoeg zonder extras, ook al heb je ruimschoots genoeg met de film in hi-def.

In the Name of the Father,Daniel Day-Lewis,Pete Postlethwaite,Emma Thompson,Jim Sheridan,trevor jones,Gabriel Byrne,Peter Biziou,ira,bono,sinead oconnor

Korte inhoud: Gerry Conlon (Daniel Day-Lewis) was politiek niet actief in Noord Ierland, maar door zijn zwerftochten door de stad met zijn vriend Paul Hill (John Lynch) worden ze verdacht van lidmaatschap bij de IRA. Uit veiligheidsoverwegingen stuurt zijn vader (Pete Postlethwaite) hem naar Londen, waar hij ook is als op 5 oktober 1974 een bomaanslag wordt gepleegd en een hippie hem en zijn vrienden aangeeft als mogelijke daders. Door de nieuwe anti-terrorismewet worden ze gemarteld zonder officiële aanklacht en worden ze een zondebok voor de Brits-Ierse kwestie. Mensenrechtenadvocaat-procureur Gareth Peirce (Emma Thompson) wil het hier echter niet bij laten.

Het is één van die waargebeurde verhalen waar je echt stil van wordt. De aanslagen op de pubs in Guildford of “Guildford pub bombings” zoals ze in Engeland genoemd worden vonden plaats op 5 oktober 1974. De Provisional IRA plaatste in twee pubs, die frequent werden bezocht door soldaten buiten hun diensttijd, een tijdbom. Er stierven 4 Britse militairen, een burger en 65 mensen raakten gewond. Het vond plaats in een periode waarin Engeland op haar grondvesten aan het daveren was door de grootschalige bomcampagnes en het voedde een anti-Iers gevoel onder de bevolking. Een sentiment die ook bij de politici werd opgepikt en die vorm gaf aan de Prevention of Terrorism Act (PTA). Door deze omstreden wet, die volledig in strijd was met de Habeas Corpus Act, werd het lid zijn van of het steunen van de IRA verboden en beschouwd als een misdaad. Ook gaf de wet de politie verregaande bevoegdheden om burgers binnen het Verenigd Koninkrijk die verdacht waren van deze feiten zonder meer te arresteren. Hier was zelfs geen bewijs voor nodig.

Elf mensen werden uiteindelijk opgepakt en verantwoordelijk gesteld voor de bomaanslag, zonder sluitende bewijsvoering, en valselijk veroordeeld tot straffen van 30 jaar tot levenslang. Tijdens de rechtszaak uitte de rechter zijn spijt dat de 4 hoofdverdachten niet voor landverraad werden veroordeeld, waar destijds de doodstraf op stond. En straf die hij zonder veel moeite had uitgesproken. Maar later zou zelfs blijken dat de politie zich schuldig had gemaakt aan manipulatie van bewijsmateriaal. Bepaalde aantekeningen werden compleet gefabriceerd en/of dusdanig gewijzigd zodat het geschikt was als bewijs. Ook handgeschreven aantekeningen werden gemaakt die eruit laten zien alsof ze tentijde van de verhoring waren gemaakt. Uiteindelijk werd duidelijk dat de politie had gelogen en de veroordeelden werden na jaren gevangenschap vrij gezet in 1989. Tony Blair bood in 2005 publiekelijk zijn excuses voor het onrecht die hen werd aangedaan.



© Universal Pictures Home Entertainment

Het scenario van Terry George en Jim Sheridan werd gebaseerd op de autobiografie Gerry Conlon, en is een kluwen van nevenplots die allemaal samenlopen in een sterk drama die ons geen minuut met rust laat. Het verhaal is ook niet overdreven geromantiseerd (met uitzondering van een aantal zaken, zo zou vader en zoon nooit een cel hebben gedeeld, en de inspecteur Dixon was een mengeling van verschillende karakters tijdens de affaire) en wordt verteld met voldoende nuance. De feiten op zich zijn al zo onthutsend dat de regisseur de wijze beslissing nam om niet alles nog een keertje te extrapoleren. En met een talentvol acteur als Daniel Day-Lewis die zich naar goede gewoonte naadloos in zijn personage morft, krijg je ook nog eens een heel authentieke vertolking. Het scheelde niet veel of de Ierse acteur Gabriel Byrne, die het autobiografische boek als eerste in handen kreeg, de hoofdrol zou vertolken. Maar hij liet het uiteindelijk over aan Daniel en werd executive producer. Later distantieerde hij zich van de film omwille van de creatieve vrijheden die Sheridan had genomen.



Het is een film die het niet moet hebben van zijn visuele effecten of zijn mooie decors. We zitten in de straten van Belfast, in een paar blanke straatje in Londen, in een gevangeniscomplex en uiteindelijk in de rechtszaal. Toch slaagt Director of Photography Peter Biziou erin om de rauwe realiteit (de rellen in Belfast) te vermengen met poëtische beelden (de tranen van vuur uit de gevangenisraampjes op het einde van de film). En uiteraard kan je In the Name of the Father niet vermelden zonder ook te verwijzen naar de muziek van twee Ierse muziekfenomenen; Sinéad O’Connor (You Made Me The Thief Of Your Heart) en deze van Bono (In The Name Of The Father). Maar ook de muziek van Trevor Jones onderstreept volledig de emotionele toestand van de personages.

De film werd genomineerd voor maar liefst 7 Oscars (waaronder Best Picture), maar ging met lege handen naar huis. En dat was niet meteen de fout van The Academy, dan wel te wijten aan het aantal Oscar-waardige films die in dit jaar aan bod kwamen, gaande van Schindler’s List (1993) van Steven Spielberg tot The Piano (1993) van Jane Campion.


Beoordeling: 4 / 5

Recensie door op 10 april 2013

*** In the Name of the Father trailer ***

Exit mobile version